Voornemen intrekking vergunningen veldproeven BGGO 99/05 Advanta Seeds

== Titel ==

Kennisgeving vah het voornemen tot intrekking van besluit van 9 mei 2000 tot vergunningverlening aan  Advanta Seeds B.V. te Kapelle
(BGGO 99/05)

== Omschrijving ==

Afschrift van brief die VROM aan Advanta Seeds gestuurd heeft.

== Auteur(s) ==

* Minister van VROM

== Volledige tekst ==
Aan:
Mevrouw L. Eijsten, Ceintuurbaan 266, 1072 GJ AMSTERDAM

Kenmerk: MJZ2001088100 Datum 07 AUGUSTUS 2001

Onderwerp:
inzake het beroep tegen het Besluit d.d. 9 mei 2000 tot vergunningverlening aan Advanta Seeds (BGGO 99/05)

Geachte mevrouw Eijsten,

Bijgaand treft u aan een afschrift van de kennisgeving van het voornemen tot intrekking van mijn besluit van 9 mei 2000 (kenmerk DGM/SVS nr. BGGO 99/05) tot vergunningverlening aan Advanta Seeds B.V. te Kapelle.

Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Hoogachtend,
: De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, voor deze: de directeur Juridische zaken

Bijlagen: kennisgeving intrekking beschikkingen d.d. 31 juli 2001 (kenmerk SAS/20001078270)


Aan:
Advanta Seeds B.V., t.a.v. drs. C. Noome, Van der Haveweg 2, 4411 RB Rilland

Kenmerk SAS/2001078270 Datum 31 juli 2001

Onderwerp
kennisgeving van voornemen intrekking vergunningen veldproeven

Geachte heer Noome,

Hierbij geef ik u kennis van het voornemen als bedoeld in artikel 3:30, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht om een besluit te nemen tot intrekking van de hierna vermelde besluiten, waarbij aan Advanta Seeds B.V. vergunningen zijn verleend als bedoeld in artikel 23 van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen Wet milieugevaarlijke stoffen (hierna: Besluit GGO):
*- besluit van 9 mei 2000, kenmerk DGM/SVS nr. BGGO 99/05
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 98/15
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 99/01
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 99/02
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 99/03
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 99/04
*- besluit van 20 juli 2000, kenmerk DGM/SVS, nr. BGGO 99/07

In de uitspraak van 16 november 2000, inzake 200002946/1, 200004252/1, 200004254/1, 200004255/1, 200004256/1, 200004258/1 en 200004259/1, heeft de Voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geoordeeld dat bij de aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 23, eerste lid, van het Besluit GGO, de plaats en de omgeving waar de veldproeven worden uitgevoerd, nauwkeurig moeten zijn beschreven. In de aanvragen om vergunning die tot de voormelde besluiten hebben geleid zijn de provincies onderscheidenlijk de gemeenten aangeduid waar de veldproeven zullen worden uitgevoerd. Verder bevatten deze aanvragen een globale beschrijving van de eisen waaraan de proefvelden moeten voldoen. Een nauwkeurige beschrijving van de proefvelden ontbreekt. De Voorzitter betwijfelde daarom of de aanvragen voldoen aan het bepaalde in artikel 24, tweede lid, van het Besluit GGO in samenhang met bijlage 3, onder twee, bij het Besluit.

Gelet op bovenstaande en het in de Integrale Nota Biotechnologie neergelegde beleid met betrekking tot antibioticum-resistentiegenen zijn de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij voornemens de hiervoor vermelde vergunningen in te trekken.

Binnen vier weken na dagtekening van deze kennisgeving kunt u uw zienswijze over dit voornemen naar voren brengen. U kunt uw zienswijze schriftelijk indienen bij het Ministerie van VROM, Directoraat-Generaal Milieubeheer, Directie Stoffen, Afvalstoffen, Straling, ic 645, t.a.v. dr. I. van der Leij, Postbus 30945, 2500 GX Den Haag.
Een afschrift van deze kennisgeving wordt verzonden aan de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, die in de gelegenheid wordt gesteld binnen vier weken advies uit te brengen over het voornemen tot intrekking van voormelde besluiten over te gaan.

Voor de goede orde wijs ik u erop dat deze kennisgeving geen rechtsgevolg heeft. Het verdere verloop van de procedure is – in het kort – als volgt: nadat de termijn voor het indienen van zienswijzen is verstreken zal een ontwerpbesluit worden opgesteld, waarin rekening wordt gehouden met de ingebrachte zienswijzen. Tegen dit ontwerpbesluit kan een ieder schriftelijk bedenkingen inbrengen. Uiterlijk binnen zestien weken na deze kennisgeving, zal een besluit met betrekking tot de intrekking van voormelde vergunningen worden genomen. Ik verwijs verder naar afdeling 3.5.6 van de Algemene wet bestuursrecht.

Hoogachtend,

de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, voor deze: de directeur-generaal Milieubeheer,


== Zie ook ==


Archief TSS:  Bezwaarschriften en commentaren van Lily Eijsten.