Een werkdiner met minister Verburg in Voorlinden, Wassenaar.

Miep Bos met Minister Verburg in Wassenaar tijdens een werkdiner in Voorlinden, Wassenaar.
Miep Bos met Minister Verburg in Wassenaar tijdens een werkdiner in Voorlinden, Wassenaar, 2009.

Verslag van het vervolg op het seminar “Het beoordelingskader: wegens verbouwing in overleg.”

Percy Schmeiser: Vertel de minister dat er voor Europa nog een weg terug is, voor ons niet meer. Canadezen willen geen gentech gewassen meer planten en de burgers willen ze niet eten.

Beste mensen,

Nog vol van alle indrukken, zijn hier mijn eerste opgetekende ervaringen van het werkdiner op  30 juni 2009 in Wassenaar, een vervolg op het seminar “Het beoordelingskader: wegens verbouwing in overleg” met de minister van Landbouw, Gerda Verburg, Eerste en Tweede Kamerleden, de industrie en nog enige andere organisaties w.o. Biologica.

Solidaridad en het WNF waren niet gekomen maar hadden zich eerder wel aangemeld. Greenpeace was niet uitgenodigd.

Alle mensen die ik een DVD van “De wereld volgens Monsanto” (beschikbaar gesteld door Living Colours Entertainment) wilde geven en wat meer informatie, o.a. wetenschappers die waarschuwen voor gentech met meer dan 60 links naar onderzoeken, en een prachtige folder over Maharishi Vedic Organic Agriculture, als oplossing voor problemen in de landbouw, hebben dit in ontvangst genomen. Zelfs één van de vertegenwoordigers van één van de grootste multinationals, Unilever was heel blij met een cadeautje dat hij nog niet had. Vertegenwoordigers van zowel de Eerste als de Tweede Kamer hebben nu de DVD, en ik hoop dat veel kamerleden die landbouw in hun portefeuille hebben, die zullen zien.

Natuurlijk was ik veel te vroeg gekomen met een taxi vanuit Den Haag, maar daar vlak bij de duinen was het heerlijk koel in tegenstelling tot de binnenstad van Den Haag waar ik even bij mijn uit mijn academietijd bekende Wiener Conditorei zat, die inmiddels wordt gedreven door de zoon. Ze hebben heerlijke chocolade Sachertorte! Maar daar was het veel te heet en ik heb gauw bij het station een taxi genomen. Landgoed Voorlinden heeft een prachtige omgeving met bonte spechten en eekhoorns.

De eerste mensen die aan mijn tafeltje kwamen zitten waren een paar organisatoren van het diner, ambtenaren van LNV. Zij wilden graag weten wat ik van het seminar (dit werkdiner was er het vervolg van) vond nu dat heb ik dus breed uitgemeten, ik weet niet of ik veel positiefs heb genoemd maar heb gewoon gezegd waar het op stond. Dat het voor ons tegenstanders niet te harden was bv. En de cases een flop. Ze bleven beleefd en zoeken naar wegen om het de volgende keer beter te organiseren.

Toen liep het langzaam vol met mensen die ik alleen van de TV kende, en moest ik een manier vinden mijn pakketjes aan te bieden. Ja, welke naam hoort bij welk hoofd?

Dan kwam ik op het idee gewoon te vragen; wie is meneer die en die, wie is mevrouw zus en zo?

Tegen de tijd dat we echt gingen dineren, had ik twee pakketten over. Hoe moest ik die nu kwijtraken?

De minister was klaarblijkelijk aangekomen, ineens maakte ze zich los uit de groep en kwam op me toe. “Het is toch nog goedgekomen hè, mevrouw Bos?” zei ze.

En ik beaamde dat. Eerst uitgenodigd en toen niet meer welkom, het was rechtgezet.”Nu eerst maar een pilsje” zei ze en ze nam een slok uit het glas, terwijl ze de landerijen instaarde. “Zo, we gaan genieten van het diner,” zei ze.

Ik ontmoette daar ook de heer Bruinenberg, van AVEBE die later plaats zou nemen in de COGEM. Hij keek uit over het prachtige landschap en conludeerde: “Dat is een mooi aardappelveldje” . Toen ik hem vertelde dat Mevrouw Eijsten was overleden, verklaarde hij, als hij haar wat uitlegde, het net was of hij het aan zijn moeder uitlegde.

Mijn tafelheren, een wetenschapper (de heer van der Wiel) uit Delft links en een senator van de Eerste Kamer (Ir. R. Willems, oud directeur van SHELL*) rechts, bleken fervente voorstanders van gentech te zijn. En ik zat daar lekker tussen geklemd. Er waren nl. zoveel meer aanmeldingen vanuit de Eerste en Tweede kamer gekomen, dat de zaal meer dan vol was. Wij, de genodigden zaten aan een groot aantal aaneengesloten tafels, die tot een vierkant gevormd waren.

Mijn rechter tafelheer was aller charmantst, de linker heer deed er het zwijgen toe. Er waren veel meer mannen dan vrouwen aanwezig.

De minister opende het diner met een toost op de gezondheid, ieder hief het glas (met witte wijn, wat ik niet drink). Het was een diner waarbij speeches werden gehouden. De eerste speech werd gehouden bij het voorgerecht, voor mij een koude bietensoep met appel. (Ik had doorgegeven een gentechvrij dieet te volgen en bovendien een vegetarische variant! Men had daar keurig voor gezorgd.) De anderen kregen garnalen op een slablaadje. Het waren summiere porties, je kon merken dat de recessie is ingezet. Ook bij LNV. Maar ik vond het fijn, grote porties vind ik vreselijk.

De minister vroeg wie er de tweede speech wilde doen, ik stak mijn vinger op. Gedaan is gedaan, dacht ik. De speech ging o.a. over de ontmoeting met Percy en Louise Schmeiser, die staat onderaan deze tekst. Ook vroeg ik of de minister dr. John Fagan wilde ontmoeten, hij is een expert op het gebied van gentech en ik kwam hem pas geleden tegen op de Round Table of Responsible Soy meeting in Amsterdam. Eerder op het terras had ik mijn Engelse boekje “Worries of a Dutch housewife about GMOs”en de CV van John aan Gerda Verburg gegeven.

Onder het voorlezen van mijn speech hoorde ik dat de mensen hun bestek allemaal neergelegd hadden. Ik hoorde totaal geen lepels meer klikken. Ze waren dus echt aan het luisteren. Zou ik indruk gemaakt hebben? Ik mag het hopen! De laatste zinnen las ik bewust met veel dramatiek en duidelijk voor, zo, nu heeft men even gehoord hoe de situatie echt is! De senator hielp me door de microfoon vast te houden, hij zei dat graag te doen, ook al verschilden we van mening. Ik bedankte hem hartelijk voor zijn hulp. Het was achteraf een geluk dat ik als tweede sprak, de rest van de speeches was een herhaling van woorden. En er werd rustig doorgelepeld.

Het was duidelijk dat de NIABA, AVEBE etc. voor een versoepeling van de regels waren en ze hadden een prachtig verhaal met wonderen der biotechnologie, die nog steeds plannen zijn geen planten. De bord-voor-de-kop-cultuur was hevig aanwezig, toen men sprak over co-existentie, nadat ik mijn speech had gehouden. Je mocht reageren en ik zei: “En in Canada dan?” Waarop men zei (sorry ik weet niet meer wie) “Dat is een andere situatie !” SP, Partij voor de Dieren waren duidelijk tegen. Groen Links heb ik niet gehoord, maar het kan zijn dat ik toen net even weg was. De Partij van de Arbeid speelt een vreemde rol: een soort wipkip-idee: tegen en toch voor, voor wat de AVEBE gentech aardappels betreft. De heer Waalkens (biologisch boer!) zit zelfs in een soort commissie van AVEBE. De heer Bruinenberg van die Boeren Coöperatie vertelde eerder op het terras, dat Monsanto al weer een aantal andere variaties gentech aardappels heeft ontwikkeld. De eerste gentech aardappel ging de mist in, nadat McDonald’s pertinent weigerde die te gaan gebruiken in haar ketens in de USA. Duidelijk is wel, en dat wisten we al, dat de industrie kind aan huis is bij de politiek, ook in Nederland, men kent elkaar goed.

In tussen zat ik in, over de pakketjes die ik nog niet afgeleverd had. Eén voor de diervoederindustrie en één voor de griffier van de Commissie van Landbouw van de Tweede Kamer.

Nu bleken die mensen een paar mensen van mij vandaan te zitten en ik kon na afloop toch nog mijn boodschappen bezorgen. Biologica kwam na afloop even naar me toe, ik heb die man duidelijk gemaakt, dat iedereen die vóór co-existentie is, duidelijk een bord voor zijn kop heeft. Dat mag wel eens gezegd worden. Want Biologica heeft het ongelukkige convenant getekend. Esther Ouwehand kwam me ook nog begroeten. En ik heb even met professor Zoeteman van de Cogem gesproken. Hij drukte me op het hart vooral door te gaan met mijn bezwaren, ik antwoordde hem dat het niet eens mijn  vak was.

De uitslag is jullie natuurlijk bekend; de minister zet full speed in op het realiseren van het doel, dat wellicht door het kabinet is verordineerd; het soepeler en voor elk land gemakkelijker te maken om gentech te weigeren of om die te omarmen. Nederland wil de laatste optie gebruiken. Maar altijd zonder een concessie te doen aan de veiligheid voor mens, dier en milieu, en daar zou de EFSA dan voor zorgen. Dus hopen en bidden wij allemaal dat er een goede EFSA mag komen of dat de andere landen van de EU het een slecht plan vinden!

Na afloop kwamen verschillende Tweede Kamerleden naar me toe om te vertellen dat zij mijn gentechvrije berichten lezen, die worden hen blijkbaar toegezonden door abonnees van mijn internet nieuwsdienst.

Ook ontdekte ik dat sommige ambtenaren sympathiek staan tegenover onze acties. Dit geeft de burger moed! Deze dag was wel een mijlpaal, professor Zoeteman van de COGEM riep op ook naar de wensen van de burgers te luisteren in verband met de gentechproblematiek. Dit is winst, die we hopen te verzilveren!

Tenslotte ben ik nog met de minister op de foto gegaan, ik moest toch aan jullie bewijzen, dat ik echt geweest ben. Ze deed het graag voor mijn achterban. “We gaan op het bordes staan” stelde ze voor en ik zei: “Ja, net als de Koningin”.  Waarop ze antwoordde, “Ja, maar we zwaaien niet”. De Secretaris Generaal maakte de foto. Daarna vertrokken ze in de auto’s met chauffeurs terug naar Den Haag.

En liep ik recht op mijn man af, die al lang met onze auto verderop op de parkeerplaats stond te wachten en toch maar eens ging kijken waar ik toch bleef. Heerlijk, weer naar huis, weer gewoon huisvrouw en kunstenares zijn.

In de auto zei ik tegen mijn man: “Dit doe ik nooit weer”. Maar hij zei wijs, “Jij rust eerst flink uit en dan ga je gewoon weer door”.

Speech

Dit is het voornaamste wat ik van papier heb gelezen; (iedereen had 3 minuten, die van mij was korter maar toch wel erg krachtig al zeg ik het zelf!)

Ik heb op dinsdag 23 juni 2009 Percy en Louise Schmeiser  in Den Bosch ontmoet.

Ik vroeg hem: “What is the most important thing you would like to say to our Secretary of Agriculture?” (“Wat is het belangrijkste wat u aan de minister van Landbouw zou willen zeggen?”) Percy Schmeiser, die zelf volksvertegenwoordiger is geweest zou de Nederlandse minister van Landbouw ook heel graag ontmoeten en zei dat er drie belangrijke punten zijn.

1.     Boeren hebben recht op hun eigen zaadgoed en – planten en het recht die opnieuw te kunnen gebruiken. Dit is onmogelijk met het gepatenteerde zaad van Monsanto.

Boeren en hun nageslacht hebben recht op vrije meningsuiting. Dit kan niet meer als zij zaden, kunstmest en herbiciden van Monsanto afnemen en onverhoopt een schikking moeten treffen. Dit is totale controle over boeren.

2.     Beloften van biotechbedrijven zijn niet waargemaakt.

–Er is minder opbrengst, niet meer.

–De gewassen zijn niet voedzamer, maar minder voedzaam.

–Er moet 3 tot 4 keer meer gespoten worden met nog zwaardere herbiciden, niet minder, vanwege onkruid dat resistent is geworden tegen Roundup.

3.     Co-existentie is absoluut niet mogelijk. Pollen kennen geen grenzen. In een groot land als Canada is geen puur koolzaad en geen pure soja meer op de velden te vinden. Alles is besmet ook familie van het koolzaad, zoals bloemkool, broccoli, radijs, etc. Dit is verlies van diversiteit en verlies aan wereldmarkten. Ook de honing is besmet en kan niet meer gentechvrij verkocht worden.

Vertel de minister dat er voor Europa nog een weg terug is, voor ons niet meer. Canadezen willen geen gentech gewassen meer planten en de burgers willen ze niet eten.

Ontmoeting van Miep Bos met Percy Schmeiser uit Canada
Ontmoeting van Miep Bos met Percy Schmeiser uit Canada in 2009, die uiteindelijk zijn gevecht met Monsanto won.

In het officiële verslag van de avond wordt één zin van mij geciteerd: “Voor Europa is nog een weg terug, voor ons niet meer.” Of woorden van gelijke strekking.

  • Ir. Rein Willems in het kort

    De gereformeerde Rein Willems werd in 1945 geboren in Geleen. Hij volgde het voortgezet onderwijs in Voorburg en op Curaçao, waar zijn vader voor Shell gestationeerd was. Na zijn opleiding chemische technologie aan de Technische Hogeschool te Delft, kwam ook hij bij Shell te werken. Hij werd uitgezonden naar Londen, Singapore en de Filippijnen en was van 2003 tot 2007 president-directeur van Shell Nederland. Daarnaast bekleedt hij tot op vandaag talloze bestuursfuncties en commissariaten. Sinds 2007 is hij lid van de CDA-fractie in de Eerste kamer. Tevens is hij vice-voorzitter van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur- en Voedselkwaliteit. Zijn grote hobby is zeilen. Met zijn vrouw Adriane heeft hij drie kinderen en vier kleinkinderen.

    Bron: EO magazine.