Gen-Koolzaad van Monsanto mag in diervoer

De Europese Commissie heeft besloten dat Monsanto zijn genetisch gemodificeerde koolzaadvariant GT73 mag invoeren in de Europese Unie.

De toelating is tien jaar geldig, maar geldt alleen voor de toepassing in diervoeders.

Betreft: koolzaadproduct (Brassica napus L., lijn GT73), genetisch gemodificeerd met het oog op tolerantie voor het herbicide glyfosaat

Bron: Voeding Nu 2005 nr. 10
Zie ook Federatie Nederlandse Diervoerderketens: Wetgeving beschikking commissie

Toelating voor gg-maïs van Monsanto

Chemieconcern Monsanto mag zijn genetisch gemodificeerde maïssoort MON 863 importeren naar de EU en verwerken in veevoer. Dat heeft de Europese Commissie vandaag besloten. De toelating geldt voor tien jaar. Telen van MON 863 blijft verboden.

MON 863 is zo gemodificeerd dat de plant afweerstoffen aanmaakt tegen de maïswortelboorder. Volgens de Europese Commissie zal altijd streng in de gaten worden gehouden wie de maïs gebruikt, zodat er bij calamiteiten kan worden ingegrepen.

Bron Europese commissie:  Beschikking commissie van 8-8-2005

A profile of Monsanto in South Africa

An information document produced by African Centre for Biosafety

Monsanto has been active in the agrochemicals market in South Africa since 1968, with 19 registered herbicides. Glyphosate, the active ingredient of Roundup, has been offpatent in South Africa since 1990 and Monsanto has faced competition from a number of other producers of the chemical since then. Monsanto has maintained market dominance by obliging farmers using its Roundup Ready GM crops to use only Monsanto’s herbicides on the crops.

Bron:  African Centre for Biosafety, april 2005:  A PROFILE OF MONSANTO IN SOUTH AFRICA

Scientists suspect health threat from GM maize

Scientists investigating a spate of illnesses among people living close to GM maize fields in the Philippines believe that the crop may have triggered fevers, respiratory illnesses and skin reactions.

en

“With such evidence of possible human health impacts of foods already on the market, we believed that waiting to report our findings through publication would not be in the public’s interest.”

en

Monsanto said it was “extremely unlikely” that the limited production of the GM crop in the Philippines would have produced such results.

John Vidal, environment editor, Friday February 27, 2004, The Guardian:  Scientists suspect health threat from GM maize 

 

Flaws in Monsanto’s Safety Assessment of Roundup Ready Soybeans

Third World Network Biosafety Information Service, 28 July 2003.

Monsanto has maintained that there is no difference between GM soybeans and its conventional strains. But according to a Japanese scientist, whose report is attached below, safety tests conducted by Monsanto are riddled with flaws that include: testing of proteins not derived from the GM plant; soybeans used for tests were not produced with Roundup, therefore the data obtained with such samples may not be valid to guarantee the safety of soybean that human and animals consume in real life; insufficient feeding experiments; and intentional neglect of “inappropriate” data which have a bearing on the final conclusions.

Bron:  OCA: Flaws in Monsanto’s Safety Assessment of Roundup Ready Soybeans

Commentaar op aanvraag van Monsanto om binnen de EU GGO’s (mais) op de markt te mogen brengen

Betreft: Dossier C/ES/98/01: Aanvraag om binnen de EU Genetisch gemodificeerde organismen op de markt te mogen brengen, t.w. GG Maisplanten, waarin is ingebracht het epsps-gen, dat bij expressie in de planten resistentie verleent tegen herbiciden met glyfosaat als actief bestanddeel. Het betreft zowel de import als de teelt van deze mais. incl. de verwerking tot afgeleide producten.
De aanvraag is ingediend door Monsanto Europe S.A. Brussel.


Amsterdam, 10 augustus 1999.

Aan de Minister van VROM, Directie Stoffen, Veiligheid, Straling Afdeling Stoffen, ipc 655,
Directoraat Generaal Milieubeheer,
t.a.v. mr. drs. P.J. van der Meer,
Postbus 30945,
2500 GX DEN HAAG

Mijne Heren,

Betreft:
Dossier C/ES/98/01: Aanvraag om binnen de EU Genetisch gemodificeerde organismen op de markt te mogen brengen, t.w. GG Maisplanten, waarin is ingebracht het epsps-gen, dat bij expressie in de planten resistentie verleent tegen herbiciden met glyfosaat als actief bestanddeel. Het betreft zowel de import als de teelt van deze mais. incl. de verwerking tot afgeleide producten.
De aanvraag is ingediend door Monsanto Europe S.A. Brussel.

Wij geven hierbij commentaar bij bovengenoemde marktaanvrage.

Allereerst is deze mais – GA 21 – een voorbeeld van een GGO zonder een antibioticum-resistentie-gen. Het kan dus wel zonder, een heugelijk feit. Ook het bloemkoolmozaïekvirus ontbreekt. Dat is ook een zorgenkind minder.

Nieuwe eiwitten (genproducten) zijn er, maar in minieme hoeveelheden, en van een aard, welke onschuldig lijkt te zijn. Toch is er een boosdoener.

De mais is nu een vehikel voor residuen van glyfosaat in de voedselketen. Het dossier bulkt van lofredenen op het gebruik van dit herbicide. ECHTER glyfosaat is niet zo onschuldig.

Zo verscheen op 7 augustus jl. in the Lancet een artikel, waaruit blijkt, dat tuinders en anderen, welke in contact zijn geweest met bestrijdingsmiddelen, een verminderde spermakwaliteit bezitten.

Lang werd aangenomen, dat de kwaliteitsvermindering niet van invloed zou zijn op het voortplantingsresultaat. Nu blijkt echter uit genoemd artikel in the Lancet dat met dit sperma moeilijker reageerbuisbevruchtingen zijn te realiseren. Om nu maar even een zeer recent artikel te noemen. We hebben nog meer: glyfosaat is één van de bestrijdingsmiddelen welke de sperma-kwaliteit aantast. Andere zijn b.v. de insecticiden Dimetoaat en Carbofuran en de fumigant Dichloorbroompropaan.

Caroline Cox, Northwest Coalition for Alternatives to Pesticides (NCAP) verzamelde een aantal Round-UP problemen:

“Glyphosate can be persistent, can drift, is acutely toxic to humans, has shown a wide spectrum of chronic toxicity in laboratory tests, is hazardous to eurthworms, reduces nitrogen fixation, Roundup contains toxic trade secret ingredients, kills beneficial insects, inhibits mycorrhizal fungi, can increase the spread or severity of plant diseases”. (Een uitvoeriger beschrijving willen wij U desgewenst toezenden).

Onwillekeurig komt de claim van Monsanto, dat moderne biotechnologie een oplossing gaat bieden voor het voedsel voor de bevolking in de volgende eeuw in onze gedachten:
Monsanto bedoelt toch wel, dat er meer voedsel zal zijn, en niet dat er met zijn glyfosaat minder mensen zullen zijn! Dat is een rare gedachtenassociatie bij dit Lancet-artikel.

Er zijn nog twee punten in het dossier, die een kanttekening verdienen.

Ten eerste:
De plaats van de insertie in het genoom is niet aangegeven (hoewel er in de vragenlijst naar is gevraagd). D.w.z. het is “onbekend” op welke van de 10 maischromosomen de insertie ligt.

Voor het op de markt brengen van nieuwe hybriden en inbredlines met deze genetische modificatie is dit toch wel een belangrijk en noodzakelijk gegeven.

Ten tweede:
Men claimt Sustantial Equivalence. De aard en het aantal stoffen waarvoor men dit claimt is echter voor uitbreiding vatbaar.

Aan fingerprinting, d.w.z. dat de ouderlijn van GA21 dezelfde fingerprint heeft als de GMO is men niet toegekomen.

Bij deze grove manier van vergelijken zal een kannibaal wel eens de Substantial Equivalence van een varkenslapje met een ribstuk van een missionaris kunnen gaan claimen. Ze ruiken echt anders (wierook versus varkensmest).

Van de mineralen werden alleen Ca en P vergeleken;

  • geen enkele vitamine;
  • geen sterolen;
  • geen antinutriënten, zoals trypsine-inhibitoren:
  • geen enkel enzym:
  • wel een vetzuurprofiel, maar geen veresteringsprofiel.

Voor het aminozuurprofiel zouden er voor serine en tyrosine significante verschillen zijn, welke echter als onbelangrijk ter zijde zijn geschoven.. Merkwaardig is echter, dat in de tabellen met cijfers dat verschil niet is af te lezen.

Al met al een dubieuze exercitie in het dossier.
We hebben als CONSUMENT geen behoefte aan mais met glyfosaat -residu.

Gezien alle lacunes en gezondheidsschaden MAG DEZE MAIS NIET OP DE MARKT KOMEN.

Hoogachtend,

J. van der Meulen, L. Eijsten.


N.B.:
Op 24 augustus jl. ontvingen wij bericht van VROM dat van ons commentaar kennis was genomen en zal worden meegenomen bij de beoordeling van het verzoek om het in de kennisgeving beschreven product op de markt te mogen brengen.


Archief TSS:  Bezwaarschriften en commentaren van Lily Eijsten.

De feiten over het gebruik van glyfosaat

== Titel ==

De feiten over het gebruik van glyfosaat

== Omschrijving ==

Artikel in het Agrarisch Dagblad, gepubliceerd 8-8-1996, van L.Eijsten en J van der Meulen.

== Auteur(s) ==
* Eijsten, Lily
* Meulen van der, J (Han)

== Uitgever ==
Agrarisch Dagblad

== Volledige tekst ==

”’De feiten over het gebruik van glyfosaat”’

OPINIE: L. Eijsten en J. van der Meulen verrichtten literatuuronderzoek naar de effecten van Finale en Round-up op mens en milieu.

Voor het bestrijdingsmiddel glyfosaat bestaat veel waardering in de sector, constateren J. van der Meulen en L. Eijsten. Volstrekt ten onrechte. Zij zetten de gevaren op een rij.

—-

De laatste tijd verschijnen er veel lovende en wervende artikelen over glyfosaat. Dat kunnen wij niet begrijpen, want wat zijn de feiten:

1. Nog nimmer is een opbrengstverbetering hard gemaakt (natuurlijk wel de opbrengst voor producent Monsanto in het bijzonder niet de met glyfosaat-resistente variëteiten;

2. Het voordeel, dat glyfosaat, makkelijk naar het grondwater zal uitspoelen moet worden betaald met de aanwezigheid van residuen in oogsten – nog jaren na de toepassing, en de Nederlandse waterleidingbedrijven zijn rabiaat over de gigantische massa ampa (Amin Methyl Phosphonic Acid) in het oppervlaktewater;

3. Gewassen blijken residuen te bevatten (en zijn dus minderwaardig). Deze residuen vinden we terug in bij voorbeeld varkensniertjes (ook de varkens gevoerd met dit gewas worden minderwaardig) en in wilde paddestoelen;

=== Spermakwaliteit ===
4. Glyfosaat is een van de weinige pesticiden waarvan is aangetoond dat zij de spermakwaliteit aantasten. Op twee manieren. Ten eerste wordt de hormonenbalans gewijzigd en de spermatogenese gaat in de fout. Ten tweede is het ook direct cytotoxisch voor sperma. (de effecten: verminderd libido, verminderde ejaculatie, verminderde aantallen spermatozoën per milliliter waarvan bovendien meer dood, meer abnormaal en minder beweeglijk en met vertraagde stofwisseling).

Deze effecten worden gemeten bij tien procent en één procent van de dodelijke dosis oraal. Het effect bij tien procent is maar heel weinig groter dan bij één procent. Blijkbaar is al een plafond in effect bereikt bij één procent (door opnamemoeilijkheden?). Dit belooft wat voor de noel (no observable effect level), waar we nu naar moeten zoeken. Het effect op sperma verdwijnt eerst na zes weken. Er is echter een schrale troost: menselijk sperma is in vitro minder gevoelig dan konijnensperma.

5. De giftigheid van glyfosaat zou volgens fabrikant Monsanto nogal meevallen. Het is echter een ideaal gif voor zelfmoord. Het leegdrinken van een koffiebeker leidt in vijftig procent van de gevallen tot de dood. En hoe! De bloeddruk valt langzaam weg, aanvankelijk kan dit door de dokter onmiddellijk worden verholpen, maar niet altijd. De middeltjes worden op den duur onwerkzaam, en de zelfmoordenaar sterft voor de ogen van de handenwringende dokter: Ondertussen kan de zelfmoordenaar genieten van de reacties van omstanders. Japanse schoolkinderen met een slecht rapport doen dit!

=== Finale ===
Niet alleen voor Round-up, maar ook voor Finale wordt druk gelobbyd. Ook hier zijn opbrengstverbeteringen ‘fraglich’. Ook bij dit middel bevatten de gewassen residuen. Ook bij dit middel weet niemand wat er gebeurt bij een acute vergiftiging. Het werkt op het centraal zenuwstelsel en verlamt de ademhaling. De dokter kan de patiënt redden door hem kunstmatig te beademen, maar geheugenverlies blijft over.

Het glufosinaat werkt in de plant als een glutamine synthetase-remmer. Ook in zoogdieren werkt het zo. Het is nu gebleken in een recent rapport van de Universiteit van Tokyo, dat wanneer jonge ratten met nog onvolgroeide hersens worden blootgesteld aan een zeer lage dosis van één milligram per kilo lichaamsgewicht (de tot nu toe gehanteerde no observable effect level) in de zich ontwikkelde hersens zich minder glutamine-receptoren vormen dan gebruikelijk. Hetgeen blijvend aantoonbaar is (gedragsstoornissen).

=== Verdacht ===
Derhalve worden de residuën en de metabolieten in de geoogste plant uiterst verdacht. Het residu d-Phosphinotricin zou wel eens geïsomeriseerd kunnen worden tot L-phosphinotricin. En het Acetylphosphinotricin wordt in de darmen deels gedeacetyleerd en dan heb je de poppen aan het dansen: glufosinaat in het lichaam!

De destructie van de gluta mine-receptoren is reeds bij, één milligram per kilo lichaamsgewicht maximaal en wordt niet groter bij een hogere dosering. De werkelijke no observable effect level is derhalve veel lager!


Zie ook:
Archief TSS:  Bezwaarschriften en commentaren van Lily Eijsten.